Uit de bijstand
De kandidaten krijgen een contract voor 24 uur werken in de kinderopvang, aangevuld met 4 uur voor hun opleiding. Van der Tuin: ‘De kandidaten stromen direct uit de uitkering. Ze zijn dus niet meer afhankelijk van een bijstandsuitkering en dat geeft ze perspectieven. De kandidaten zijn goed opgevangen en de kinderopvang is blij met de nieuwe groepshulpen.’
Maatwerk en flexibiliteit zijn volgens Van der Tuin belangrijke voorwaarden voor succes. ‘Als je vanuit de bijstand opeens gaat werken en leren, moet er privé soms veel geregeld worden. Bijvoorbeeld kinderopvang voor de eigen kinderen. Sommige organisaties hebben flexibele werktijden, waardoor een alleenstaande moeder dat makkelijker kan regelen.’
Toekomst
Van der Tuin en Vogel waren het liefst in februari 2024 al gestart met de tweede groep. Dat is niet gelukt. ‘Het is moeilijk voldoende werkplekken in de kinderopvang te vinden’, legt Van der Tuin uit. ‘Het ministerie van SZW maakt de subsidievoorwaarden voor de subsidie voor de kinderopvangorganisaties in april 2024 definitief en daar wachten ze op. Ik hoop dan ook dat we in het tweede kwartaal 2024 aan de slag kunnen met de tweede groep.’
De belangstelling voor de pilot is groot. Van der Tuin heeft presentaties bij SZW gegeven waar WSP 's uit het hele land aanwezig waren. Ook heeft ze vervolggesprekken gevoerd met WSP’s uit Zeeland en Limburg. Vogel spreekt ook met Rotterdamse regiogemeenten om te kijken of er daar kandidaten zijn en of er behoefte is bij de kinderopvang. ‘De pilot laat zien dat het werkt: het levert werkzoekenden én kinderopvang veel op.’