Opleiding op de werkvloer
De achthonderd begon in 2019. Kandidaten krijgen bij een erkend leerwerkbedrijf een bbl-opleiding die resulteert in een diploma voor een mbo-opleiding op niveau 1 (entree-opleiding) of niveau 2 óf in een praktijkverklaring. “We hadden een vliegende start, maar hebben daarna door corona vertraging opgelopen”, zegt Van der Craats. “Inmiddels zitten we op 181 opgeleide kandidaten die nu een baan hebben. Dat is natuurlijk minder dan verwacht en niet genoeg om voor eind 2023 de volledige achthonderd te halen. Maar daar staat tegenover dat we wel een mooi netwerk hebben opgebouwd, waarmee we de komende jaren meer resultaat kunnen halen. We gaan het programma dus verlengen.”
Groot netwerk
De organisatie van De achthonderd is, met tientallen deelnemende organisaties, best complex. Van der Craats: “We werken met werkgroepen, onder meer voor instroom, opleiding en duurzame plaatsing. De werkgroepvoorzitters komen iedere acht weken samen. Daarnaast is er wekelijks een operationeel overleg met de kern van het netwerk, we hebben een stuurgroep die de voortgang monitort én een bestuur vanuit het regionale werkbedrijf.”
Levert dat niet veel bureaucratie op? “Tsja”, zegt Van de Craats, “je kunt moeilijk anders. Als je elkaar níet opzoekt, werkt iedereen voor zichzelf. Als organisaties hebben we elkaar niet in het leven geroepen, maar we hebben wel met elkaar samen te werken, want we hebben allemaal een deeltaak in het geheel.”
Werkgevers hikken inderdaad weleens aan tegen de structuur van De achthonderd, erkent Mirjam Broeders. Zij is vanuit het Kempisch Ondernemersplatform – samenwerking van vier ondernemersorganisaties – betrokken bij De achthonderd. “De samenwerking tussen alle arbeidsmarktpartijen in onze regio is ontzettend goed, mede dankzij De achthonderd. Maar soms zouden wij met onze werkgeversslagvaardigheid wel wat sneller willen. Het is jammer dan we duidelijk achterliggen op schema met de plaatsing van kandidaten.”
Lastig kandidaten te vinden
Aan de samenwerking tussen werkgevers, onderwijs en overheid ligt het niet, zeggen Van der Craats en Broeders. Van der Craats: “Het vinden en motiveren van kandidaten blijkt moeilijk. UWV nodigde bijvoorbeeld achthonderd mensen uit voor een informatiebijeenkomst; er kwamen er twee. Het vertrouwen in met name overheidsinstanties is laag. Dat maakt het moeilijk om kandidaten te motiveren om aan een leerwerktraject mee te doen. Terwijl dat natuurlijk zeer de moeite waard is: het minimumloon is 400 euro meer dan een bijstandsuitkering.”
De achthonderd is een netwerk dat steeds ‘kijkt wat werkt’ en dan processen aanpast, aldus Van de Craats. “Ik denk dat we meer moeten inzetten op nabijheid: je kunt potentiële kandidaten waarschijnlijk beter werven via organisaties die in de wijk werken dan via bijvoorbeeld gemeente of UWV.” Broeders denkt dat verbetering bijvoorbeeld mogelijk is door werkgever en werkzoekende nog beter te matchen vóór een opleidingstraject op de werkvloer begint. “En ik denk dat we nog meer ruchtbaarheid kunnen geven aan De achthonderd. Het is een heel mooi initiatief, dat we bij zoveel mogelijk potentiële kandidaten onder de aandacht moeten brengen.”